STEDELIJKE VERDICHTING LXI - KROONLIJSTHOOGTE

Het lijkt er op dat ze in Japan geen juiste omschrijving hebben voor wat ze bij ons kroonlijsthoogte noemen.

Ook niet met verplichte voorbouwlijn. 

En als ze die begrippen al zouden kennen, dan gaan ze daar erg zwierig mee om.

Ze hebben zeker geen behoefte aan straatbeelden waar ze met krampachtig ineengeknutselde plannen van aanleg of ruimtelijke uitvoeringsplannen voor jaren en jaren gaan vastleggen hoe een straatbeeld er moet uitzien.

Bouwhoogtes mogen er blijkbaar hun eigen weg gaan wat een lekker swingende stad op levert.

Let ook op de subtiele manier waarmee ze met zichten en lichten omgaan.

Vlaamse bouwmeester Leo Van Broeck heeft dat ook reeds in andere steden opgemerkt en heeft vastgesteld dat zulks zelfs geen nadelige invloed heeft of de zogenaamde bezonningsregels.

Schaduw op de naburige erven is niet per sé zondigen tegen het licht.

We zegden het al: Japanners blinken uit in het elkaar respecteren en beleefd zijn tegen elkaar. (klik)

En ziet: ook op stedenbouwkundig vlak weten ze dat blijkbaar heel goed te combineren.

Vooral in Europa zijn onze verouderde regels inzake bouwhoogtes een erfenis uit de Renaissance waar men uitging van een ideaalbeeld voor onze steden.

Dat is overduidelijk achterhaald.

Een stad is een dynamisch gegeven, hield wijlen professor Charles Vermeersch ons voor in zijn lessen ruimtelijke ordening. 

Overigens, de stedelijke beleving hangt niet af van de kroonlijsthoogtes. Dat is een zeer foute benadering. Stedelijke beleving hangt voor het grootste deel af van wat je beleeft op het niveau van de straatplint.

Uniform kroonlijsthoogtes zijn geen toegevoegde waarde voor een stad.

Jammer dat er in die ondermaatse opleidingen ruimtelijke ordening en stedelijke planning van ons, niet meer aan onderzoek gedaan wordt wat dynamische stedenbouw zou kunnen betekenen en teweegbrengen. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten