CORONA. THE SAGA

Zaterdagmorgen in Gent Sint-Pieters. Eén dag na vrijdag de dertiende. Krantenwinkeltjes: gesloten. Op bevel van de NMBS, staat er op de deur. In de buurt zijn alle zes krantenwinkels de laatste tien jaren ter ziele gegaan. Weekendlectuur sprokkelen wordt een opgave.

In dat zelfde zaterdagmorgenstation: Starbucks is open. Consumeren ter plaatse mag niet meer sinds gisteren maar het genaamde wereldmerk is het aan zijn aandeelhouders verplicht om uit koffie winst naar de vennootschap aan te dragen.

Zondagmorgen bij mijn fijnkostleverancier - waarvan ik de naam niet mag zeggen omdat het GRIMOD is - : slechts twee klanten mogen binnen, de rest wacht op veilige afstand buiten. Dat was gisteren ook al zo.

Bij de bakkerin wacht ik ook buiten want er zijn al twee klanten binnen. Eén vrouw kijkt mij aan en gaat dan ongegeneerd voor mijn neus binnen. Als iedereen buiten is en ik binnen, vraag ik de bakkerin of ze geen briefje wil hangen dat er maar twee klanten tegelijk binnen mogen.
Da's niet nodig want ik heb nooit meer dan twee klanten tegelijk, liegt ze.

De beenhouwer rechtover ziet graag veel vlees, zowel voor als achter zijn toog. De zaak staat lekker vol.
Maandag hangt daar dan toch een briefje: maximum tien klanten tegelijk binnen.
Dat is evenveel als op zondag zonder briefje.

Vanaf vandaag gaan we zijn vierkante meters eens meten.

Middenstanders: sommigen hebben nog altijd niet begrepen dan het succes van een zaak gemeten wordt aan de lengte van de file, buiten het etablissement.

Woensdagmorgen, Gent Sint-Pieters: zo leeg heb ik een station nog nooit geweten tenzij op een stakingsdag om 22:00 uur. Starbucks is nu wèl dicht, op bevel van de aandeelhouders wegens te duur personeel en te weinig klanten.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten