Ik heb mij veel vragen gesteld bij deze druiventros.
Allemaal rood op één na: een albinodruif.
Hoe kan dat ?
Is hier iets onrechtvaardigs aan de hand ?
Is er sprake van een mismaakte druif ?
Kan zoiets binnen één tros ?
Is er manipulatie in het spel ?
Is dat het gevolg van genetische manipulatie ?
Kan iemand mij helpen.
Eén vaststelling, alle druiven smaakten zoet; die witte een beetje zuur.
HET DRUKSTE STATION VAN VLAANDEREN
In 2007 drukte oud burgemeester Daniël Termont op een knopke en blies daarmee het lelijke postgebouw naast het station aan flarden. Hij kreeg daarvoor veel applaus. Het leek wel een heldendaad. Niets stond de vernieuwing van het Sint-Pietersstation nog in de weg.
Dat was voorbarig applaus. Het duurde nog tot 2010 voor spoor elf en twaalf aangepakt werden.
In Gent doen ze dat in omgekeerde volgorde.
Trouwens, er moest eerst nog een voorlopige tunnel gegraven worden voor de tram en op de plaats van de voormalige post kwam ook nog een busstation. Met een luifel zo hoog dat vierdekkige bussen er onder kunnen.
2015: opnieuw applaus. Twee van de twaalf sporen zijn af.
December 2018, weer twee perrons bruikbaar.
Een mens denkt dan, allez, ze zijn eindelijk op dreef. Om de drie jaar twee sporen, nog acht te gaan, dat wil zeggen: over twaalf jaar wordt het een zeer groot feest. 2030.
Eind 2019: een jaar liggen de werken stil. De werken kosten teveel. Hoe dat komt ? Door het gebrekkige bestek van Eurostation, het studiebureau van Infrabel, dat teveel vermoedelijke hoeveelheden bevatte. Dat is het genre bestekken waar aannemers met graagte op inschrijven. Hoe meer vermoedelijke hoeveelheden van de ondergrondse werken, hoe groter de winsten.
Gedurende heel het jaar 2019 werd een sabbatical ingelast om te bestuderen hoe het goedkoper kan.
Maar wat horen we nu ?
Het station zal af zijn, niet in 2030 maar in 2027. Drie jaar vroeger zeg.
In de nieuwjaarsbrief van de NMBS zou immers staan dat de werken in 2020 een doorstart zouden kennen.
Dat was voorbarig applaus. Het duurde nog tot 2010 voor spoor elf en twaalf aangepakt werden.
In Gent doen ze dat in omgekeerde volgorde.
Trouwens, er moest eerst nog een voorlopige tunnel gegraven worden voor de tram en op de plaats van de voormalige post kwam ook nog een busstation. Met een luifel zo hoog dat vierdekkige bussen er onder kunnen.
2015: opnieuw applaus. Twee van de twaalf sporen zijn af.
December 2018, weer twee perrons bruikbaar.
Een mens denkt dan, allez, ze zijn eindelijk op dreef. Om de drie jaar twee sporen, nog acht te gaan, dat wil zeggen: over twaalf jaar wordt het een zeer groot feest. 2030.
Eind 2019: een jaar liggen de werken stil. De werken kosten teveel. Hoe dat komt ? Door het gebrekkige bestek van Eurostation, het studiebureau van Infrabel, dat teveel vermoedelijke hoeveelheden bevatte. Dat is het genre bestekken waar aannemers met graagte op inschrijven. Hoe meer vermoedelijke hoeveelheden van de ondergrondse werken, hoe groter de winsten.
Gedurende heel het jaar 2019 werd een sabbatical ingelast om te bestuderen hoe het goedkoper kan.
Maar wat horen we nu ?
Het station zal af zijn, niet in 2030 maar in 2027. Drie jaar vroeger zeg.
In de nieuwjaarsbrief van de NMBS zou immers staan dat de werken in 2020 een doorstart zouden kennen.
NIEUWE ECONOMIE
Vroeger ging je naar de fietshersteller voor een lekke band of stukgevreten remblokjes.
Mijn fietsenboer herstelde alleen maar fietsen uit zijn stal; zij die er één gekocht hadden bij Decatlon moesten maar hun plan trekken.
Bij Decatlon hebben ze dat ondertussen ook begrepen.
Toen kwamen de aan huis fietsherstellers op het economisch forum. Ze kregen bijzondere persaandacht want die pezige jongens sleurden met hun zware bakfietsen waarin al hun herstelgerief opgeborgen zat door onze steden om onze luiheid ter wille te zijn.
Ze kregen bewondering alom. Een nieuwe en groene economie was geboren.
Maar die gasten hebben nu ook ingezien dat al dat fietsen voor fietsers, veel gesleur en weinig profijt genereert.
Nu posten ze flyers en mails op die plekken waar er een behoorlijk aantal werknemers met de fiets komen en dat er die dag tussen de koffiepauze en het middageten aan hun fiets kan gesleuteld worden. Al hun gerief is nu netjes gerangeerd in hun camionette.
Het is opnieuw een beetje zoals de melkboer van weleer, die zijn zuivel aan huis kwam brengen.
Mijn fietsenboer herstelde alleen maar fietsen uit zijn stal; zij die er één gekocht hadden bij Decatlon moesten maar hun plan trekken.
Bij Decatlon hebben ze dat ondertussen ook begrepen.
Toen kwamen de aan huis fietsherstellers op het economisch forum. Ze kregen bijzondere persaandacht want die pezige jongens sleurden met hun zware bakfietsen waarin al hun herstelgerief opgeborgen zat door onze steden om onze luiheid ter wille te zijn.
Ze kregen bewondering alom. Een nieuwe en groene economie was geboren.
Maar die gasten hebben nu ook ingezien dat al dat fietsen voor fietsers, veel gesleur en weinig profijt genereert.
Nu posten ze flyers en mails op die plekken waar er een behoorlijk aantal werknemers met de fiets komen en dat er die dag tussen de koffiepauze en het middageten aan hun fiets kan gesleuteld worden. Al hun gerief is nu netjes gerangeerd in hun camionette.
Het is opnieuw een beetje zoals de melkboer van weleer, die zijn zuivel aan huis kwam brengen.
WERFCONTROLE
STEDELIJKE VERDICHTING LVIII - WATERSILO
Neen het is geen foutje; de linker ribbe helt wat meer naar beneden dan de rechter.
Dat heb je met driezijdige pyramides.
Vanuit sommige hoeken is dat zelfs zeer sterk afwijkend.
Bij vierzijdige zijn de ribben mooi symmetrisch ten opzichte van de centrale as.
En we zijn meer vier- dan driehoekige pyramides gewoon.
In Alsemberg en omgeving zijn ze dat nu intussen ook al een tijdje gewoon.
Deze constructie zou ook het hoofdkwartier van het Verbond van de de Belgische Frituristen kunnen zijn, maar dat is ze niet.
Het is een watertoren - eigenlijk moeten we watersilo zeggen - ontworpen door BEL ARCHITECTEN in 2010.
Toen we in het vierde jaar zaten kregen we op een dag het ontwerpen van een watertoren voorgeschoteld, als logewerk.
Logewerk wilde zeggen: je kreeg 's morgens een opdracht en 's avonds moest je die inleveren.
Het atelier mocht je niet verlaten.
Enkel om te gaan plassen werd een uitzondering gemaakt.
Wifi, internet, totaal onbekend, geen enkele hersencel die kon vermoeden dat dat ooit zou bestaan.
Je was dus geheel aangewezen op je eigen denkvermogen en creativiteit.
Logewerk dus.
Tegen 's avonds lagen daar een reeks ontwerpen op tafel die veel weg hadden van een versoberde sporttrofee, maar nog altijd lijkend op een sporttrofee.
Die kregen zoiets in de buurt van nul op twintig.
Van die categorie waren er zeker genoeg.
Dan waren er ontwerpen die iets hadden van wat de meesters - gestaltung - noemden. Die kregen zoiets van tussen de negen en de elf op twintig.
Van die categorie waren er al wat minder.
En dan was er de categorie van die studenten die diep maar ook voldoende speels hadden nagedacht over wat je allemaal met water kon doen, voor het te verdelen.
Die kregen een mooi hoge score.
Van die categorie waren er weinig.
Ik denk dat BEL Architecten zeker in de laatste categorie zou beland zijn.
Dat heb je met driezijdige pyramides.
Vanuit sommige hoeken is dat zelfs zeer sterk afwijkend.
Bij vierzijdige zijn de ribben mooi symmetrisch ten opzichte van de centrale as.
En we zijn meer vier- dan driehoekige pyramides gewoon.
In Alsemberg en omgeving zijn ze dat nu intussen ook al een tijdje gewoon.
Deze constructie zou ook het hoofdkwartier van het Verbond van de de Belgische Frituristen kunnen zijn, maar dat is ze niet.
Het is een watertoren - eigenlijk moeten we watersilo zeggen - ontworpen door BEL ARCHITECTEN in 2010.
Toen we in het vierde jaar zaten kregen we op een dag het ontwerpen van een watertoren voorgeschoteld, als logewerk.
Logewerk wilde zeggen: je kreeg 's morgens een opdracht en 's avonds moest je die inleveren.
Het atelier mocht je niet verlaten.
Enkel om te gaan plassen werd een uitzondering gemaakt.
Wifi, internet, totaal onbekend, geen enkele hersencel die kon vermoeden dat dat ooit zou bestaan.
Je was dus geheel aangewezen op je eigen denkvermogen en creativiteit.
Logewerk dus.
Tegen 's avonds lagen daar een reeks ontwerpen op tafel die veel weg hadden van een versoberde sporttrofee, maar nog altijd lijkend op een sporttrofee.
Die kregen zoiets in de buurt van nul op twintig.
Van die categorie waren er zeker genoeg.
Dan waren er ontwerpen die iets hadden van wat de meesters - gestaltung - noemden. Die kregen zoiets van tussen de negen en de elf op twintig.
Van die categorie waren er al wat minder.
En dan was er de categorie van die studenten die diep maar ook voldoende speels hadden nagedacht over wat je allemaal met water kon doen, voor het te verdelen.
Die kregen een mooi hoge score.
Van die categorie waren er weinig.
Ik denk dat BEL Architecten zeker in de laatste categorie zou beland zijn.
DOOLHOF
Aan de voordeur van het Schaarbeekse gemeentehuis werden een paar parkeerplaatsen opgeofferd in ruil voor een figuur die doet denken aan een doolhof, een parcours en een alternatief hinkelspel tegelijk.
Op de achtergrond staat ook nog een betonnen ping-pongtafel.
Verbinding onder de Schaarbeekse burgers mag een handje geholpen worden.
Of is het gewoon een kunstwerk ?
Op de achtergrond staat ook nog een betonnen ping-pongtafel.
Verbinding onder de Schaarbeekse burgers mag een handje geholpen worden.
Of is het gewoon een kunstwerk ?
WERFBEZOEK
In navolging met wat we vorige vrijdag publiceerden, meldde een confrater, dat er nog een nieuw
proefproject loopt: een werftoezichter die waakt over de veiligheid op de werf.
In casu kan de werftoezichter aangeven of er iemand veilig met OSB-platen de trap op kan, zonder gehinderd te worden door iemand die toevallig de trap zou afdalen.
Ook hier gaat het om een proefproject van onze geliefde Vlaamse Regering, dat, als het positief geëvalueerd wordt, definitief ingevoerd zal worden.
Het brengt de begroting van de VR ook niet uit balans want de kosten worden gedragen door de opdrachtgever, zoals zoveel andere maatregelen die ingevoerd werden en die de maatschappij ten goede komen.
De veiligheid op de werven, de bouwtaksen, de overdosis isolatie in de gebouwen, de utopische energieneutraalheid, het archeologisch onderzoek, de hoge BTW hierop.
Ben ik niets vergeten ?
proefproject loopt: een werftoezichter die waakt over de veiligheid op de werf.
In casu kan de werftoezichter aangeven of er iemand veilig met OSB-platen de trap op kan, zonder gehinderd te worden door iemand die toevallig de trap zou afdalen.
Ook hier gaat het om een proefproject van onze geliefde Vlaamse Regering, dat, als het positief geëvalueerd wordt, definitief ingevoerd zal worden.
Het brengt de begroting van de VR ook niet uit balans want de kosten worden gedragen door de opdrachtgever, zoals zoveel andere maatregelen die ingevoerd werden en die de maatschappij ten goede komen.
De veiligheid op de werven, de bouwtaksen, de overdosis isolatie in de gebouwen, de utopische energieneutraalheid, het archeologisch onderzoek, de hoge BTW hierop.
Ben ik niets vergeten ?
WERFBEZOEK
Op deze werf staan drie stoelen klaar om mensen die dat wensen, een mooi en comfortabel uitzicht te geven op de bouwactiviteiten.
De bouwvakkers hebben graag dat iemand waarderend op hun vingers kijkt en de kritische massa kan, waar nodig, technische- en architecturale niet-bindende adviezen uitbrengen die het geheel ten goede zullen komen.
Het is nog maar een proefproject.
Onze nieuwe geliefde Vlaamse Regering denkt er ernstig over na om - indien het proefproject positief geëvalueerd wordt - dit op alle werven verplicht te maken.
Het zorgt voor meer verbondenheid tussen de verschillende geledingen van onze samenleving en het brengt de begroting niet uit evenwicht.
De bouwvakkers hebben graag dat iemand waarderend op hun vingers kijkt en de kritische massa kan, waar nodig, technische- en architecturale niet-bindende adviezen uitbrengen die het geheel ten goede zullen komen.
Het is nog maar een proefproject.
Onze nieuwe geliefde Vlaamse Regering denkt er ernstig over na om - indien het proefproject positief geëvalueerd wordt - dit op alle werven verplicht te maken.
Het zorgt voor meer verbondenheid tussen de verschillende geledingen van onze samenleving en het brengt de begroting niet uit evenwicht.
PUBLIEK MEUBILAIR
Gemeentehuizen die op het einde van de achttiende eeuw in de oksels van grote steden gebouwd werden lijken soms wel de kleinere versie van Versailles te zijn.
Gebouwd naar de regels van het academisme en op smaak gebracht met een snuifje neogotiek. Architecten van toen kenden de regels hoe ze de hoogmoed van hun burgemeesters moesten bevredigen.
Ik zit te wachten om voor de bouwcommissie van Schaarbeek te verschijnen.
Terwijl ik wacht zeggen alle ambtenaren die voor mijn neus circuleren vriendelijk bonjour.
In Vlaamse gemeentehuizen is dat een zeldzaamheid.
Ook een goeiendag kan er nauwelijks af.
Voor mij staat een tafel die - naar ik vermoed - uit één of andere vergaderzaal komt. Zo'n tafel breng je niet naar een kringloopwinkel. Die moet op de ruime gang van 't eerste. De stoelen die erbij hoorden staan werkloos ergens anders.
Het is een tafel waar je niet kan aanzitten.
Net zoals die overmaatse bank waar die vrouw zich geen normale zithouding weet te geven.
Een man zou het ook niet kunnen.
Boven de bank staat in het glas gebrand dat in 1886 de burgemeester, zijn vier schepenen, zijn dertien raadslieden en de gemeentesecretaris het plan van het nieuwe gemeentehuis goedkeurden.
Dat is wat steevast terugkeert: de namen van hen die verantwoordelijk zijn voor het degelijk uitgeven van de openbare financiën.
Daar is moed voor nodig.
Alsof hun namen een garantielabel zijn.
Gebouwd naar de regels van het academisme en op smaak gebracht met een snuifje neogotiek. Architecten van toen kenden de regels hoe ze de hoogmoed van hun burgemeesters moesten bevredigen.
Ik zit te wachten om voor de bouwcommissie van Schaarbeek te verschijnen.
Terwijl ik wacht zeggen alle ambtenaren die voor mijn neus circuleren vriendelijk bonjour.
In Vlaamse gemeentehuizen is dat een zeldzaamheid.
Ook een goeiendag kan er nauwelijks af.
Voor mij staat een tafel die - naar ik vermoed - uit één of andere vergaderzaal komt. Zo'n tafel breng je niet naar een kringloopwinkel. Die moet op de ruime gang van 't eerste. De stoelen die erbij hoorden staan werkloos ergens anders.
Het is een tafel waar je niet kan aanzitten.
Net zoals die overmaatse bank waar die vrouw zich geen normale zithouding weet te geven.
Een man zou het ook niet kunnen.
Boven de bank staat in het glas gebrand dat in 1886 de burgemeester, zijn vier schepenen, zijn dertien raadslieden en de gemeentesecretaris het plan van het nieuwe gemeentehuis goedkeurden.
Dat is wat steevast terugkeert: de namen van hen die verantwoordelijk zijn voor het degelijk uitgeven van de openbare financiën.
Daar is moed voor nodig.
Alsof hun namen een garantielabel zijn.
BLIKSEM
Vorige dinsdag is een bliksem ingeslagen, pal op het Sint-Pietersstation.
Ik liet haast mijn kop koffie vallen want ik woon in de schaduw van de stationsklok.
Moet u eens kijken naar die klok op de foto.
Die wijst 27 over zeven aan.
In correct Nederlands is dat drie voor half acht.
Aan het overdadige licht op de foto merkt u dat het noch half acht 's morgens noch half acht 's avonds is
Hèt moment waarop de bliksem zijn entree deed, ligt nu wel heel precies vast.
Die twee treinen die ook paf en stil vielen hebben ze weer op het spoor gekregen tot opluchting van de passagiers. Tegen de namiddag waren de signalisatieborden ook weer normaal aan het doen.
Maar het uurwerk, ofwel zijn ze dat vergeten, zijn ze de sleutel kwijtgeraakt of is de persoon die weet hoe het moet met vervroegd pensioen.
Ik mis het juiste uur op die klok. Ik moet bekennen, sinds een paar jaren draag ik geen polshorloge meer. Besparingen. Ik kijk wel op mijn phone.
Maar zo'n vast waarde als een NMBS-uurwerk mis ik wel als ik de voordeur achter mij sluit.
De spoorwegen hebben ons nu bijna twee honderd jaar opgezadeld met een tijdsbesef dat ons op minuten doet leven.
Kerktorens luidden slechts om het kwartier dat ons einde nadert.
Spijtig dat de NMBS niet kan waarmaken wat ze zelf ooit suggereerde: de treinen op tijd doen vertrekken. Spijtig.
Ik liet haast mijn kop koffie vallen want ik woon in de schaduw van de stationsklok.
Moet u eens kijken naar die klok op de foto.
Die wijst 27 over zeven aan.
In correct Nederlands is dat drie voor half acht.
Aan het overdadige licht op de foto merkt u dat het noch half acht 's morgens noch half acht 's avonds is
Hèt moment waarop de bliksem zijn entree deed, ligt nu wel heel precies vast.
Die twee treinen die ook paf en stil vielen hebben ze weer op het spoor gekregen tot opluchting van de passagiers. Tegen de namiddag waren de signalisatieborden ook weer normaal aan het doen.
Maar het uurwerk, ofwel zijn ze dat vergeten, zijn ze de sleutel kwijtgeraakt of is de persoon die weet hoe het moet met vervroegd pensioen.
Ik mis het juiste uur op die klok. Ik moet bekennen, sinds een paar jaren draag ik geen polshorloge meer. Besparingen. Ik kijk wel op mijn phone.
Maar zo'n vast waarde als een NMBS-uurwerk mis ik wel als ik de voordeur achter mij sluit.
De spoorwegen hebben ons nu bijna twee honderd jaar opgezadeld met een tijdsbesef dat ons op minuten doet leven.
Kerktorens luidden slechts om het kwartier dat ons einde nadert.
Spijtig dat de NMBS niet kan waarmaken wat ze zelf ooit suggereerde: de treinen op tijd doen vertrekken. Spijtig.
STEDELIJKE VERDICHTING - DE NIEUWE ECONOMIE
Tot op zekere hoogte zijn op veel plekken onze steden dichtgeslibd met fabrieken waar
indrukwekkende machines indrukwekkende producten voortbrachten, ter welvaart van u en mij.
Tot in de jaren zestig werd op de ACEC-site van alles geproduceerd dat met elektrische toestellen te maken had.
Maar toen kwam daar een einde aan. De gebouwen raakten voor een deel in verval.
Vandaag worden restanten van één van de indrukwekkende hallen gebuikt als oefenterrein voor trapezisten.
Van stoomturbines naar fragiele wendbare lichamen die oefenen, oefenen en nog eens oefenen om aan onze lippen ah's en oh's te ontlokken.
Niets is mooier dan een samenleving die zichzelf her uitvindt.
indrukwekkende machines indrukwekkende producten voortbrachten, ter welvaart van u en mij.
Tot in de jaren zestig werd op de ACEC-site van alles geproduceerd dat met elektrische toestellen te maken had.
Maar toen kwam daar een einde aan. De gebouwen raakten voor een deel in verval.
Vandaag worden restanten van één van de indrukwekkende hallen gebuikt als oefenterrein voor trapezisten.
Van stoomturbines naar fragiele wendbare lichamen die oefenen, oefenen en nog eens oefenen om aan onze lippen ah's en oh's te ontlokken.
Niets is mooier dan een samenleving die zichzelf her uitvindt.
Abonneren op:
Posts (Atom)