Kopenhagen is voor veel stedenbouwkundigen en architecten het mekka van waardevolle stadsontwikkelingen.
Zo ook Slusseholmen, een nieuwbouwwijk die gebouwd werd op oude verlaten dokken.
De taxichauffeur wist niet waar het lag, wat mij een beetje verwonderde.
Maar het was een dankbaar gebied, om iets te doen op die acht eilandjes met daartussen kanaaltjes die het project zo uniek maken.
Van idee tot realisatie duurde het amper tien jaar; een recordtijd, dank zij de goede aanpak.
Van bij de start in 1999 was er een goede samenwerking tussen het gemeentebestuur en het Kopenhaags Havenbedrijf.
Er werden twee belangrijke nota's ontwikkeld:
een stedenbouwkundige reglement en een Ontwerp Handboek.
Het eerste - het stedenbouwkundig reglement - was voorzien van een zekere flexibiliteit;
het tweede was een handige leidraad om de initiële globale visie niet uit het oog te verliezen.
Waar men naar streefde was een Skandinaafse traditie om rond gemeenschappelijke binnentuinen te bouwen.
Deze binnentuinen vormen dè kernen van heel het project.
Ze zijn voor iedereen toegankelijk maar in de praktijk worden deze enkel door de bewoners gebruikt.
Het is een paradijs voor het houden van barbecues, feestjes, spelletjes met de kinderen, verstoppertje spelen, stallen van fietsen.
Het is het soort private gemeenschapsvoorziening waarvoor iedereen graag zijn deel betaalt en ook het nodige respect voor opbrengt.
Er zijn in het geheel 1.300 woningen, waarvan de helft bewoners/eigenaars zijn, de andere heft is huurder en in het geheel is
15% van de woningen gesubsidieerd.
Er is ook een kindercrèche, een kleine supermarkt, er zijn een paar cafés, restaurantjes en ook
dienstverlenende bedrijfjes.
Geen exclusief woon-gettho dus.
Om tot de nodige diversiteit te komen hebben maar liefst 25 architectenbureaus ontwerpen gemaakt voor dit project.
Om de gelijkvloerse
verdieping even aantrekkelijk te maken als de overige is deze op een sokkel op bijna 1 meter boven het straatniveau geplaatst. Dat is aangenaam voor de bewoners die zich niet direct bekeken voelen en het geeft ook het voordeel dat je een boeiende straatplint blijft behouden.
In Kopenhagen hebben de inwoners naast fietsen ook een auto, maar die worden allemaal netjes onder de grond gestald.
Naar men zegt heeft het af en toe gebotst tussen de diverse betrokken partijen, maar de kracht van de initiële visienota heeft het telkens gehaald van de ogenschijnlijke tegenstellingen.
Dat is misschien nog de belangrijkste les van dit project.