VERDICHTE STEDEN IV GENT

In de vorige bijdrage had ik het over stadskamers. (klik)
Die aangename ogenschijnlijk vormloze pleintjes, blijkbaar uit het niets ontstaan.
De werkelijkheid is dat er nood aan was.

Van één plein zijn we alvast zeker dat het ‘gepland ‘ is, nog voor er sprake was van gediplomeerde urbanisten: de Vrijdagmarkt in Gent bijvoorbeeld.

Blijkbaar was er behoefte aan een dergelijke grote marktplaats.
Voor de jaarmarkten die soms dagen duurden, of om de blijde intrede van alweer een nieuwe vorst te vieren.

Goede relaties met de machtshebbers onderhouden is altijd interessant.
Diplomatie heet dat.

Wat eigen is aan alle grote marktpleinen: je vindt er nauwelijks winkels.

Cafés en restaurants, jazeker.

Maar zelden handelszaken, tenzij aan de hoeken van het plein.

Omdat daar de meeste passage is.

Winkels vind je in straten, omwille van een vernauwde looplijn.

Consumenten worden gegijzeld tussen de straatgevels.

Op een plein is er een veel grotere vrijheid aan circuleren. Bij sommige mensen is dat zelf een probleem. 

Agorafobie.

Ik ken weinig mensen die heel gedisciplineerd alle gevelwanden van een plein aflopen.

En dat is wat handelaars al eeuwen weten: tenzij je een publiekstrekker bent, zoals een grootwarenhuis, moet je je zaak op die plaatsen plannen waar er veel volk langs komt.

Langs invalswegen, in de straten die naar de marktpleinen lopen, maar nooit op een plaats waar geen of weinig katten kopen.

In de middeleeuwen was daar een gezegde voor: je moet aan de weg timmeren. 

Timmeren was een ander werkwoord voor bouwen, en de middeleeuwers stelden dat je je zaak aan een weg moest bouwen want daar kwam volk langs en daar kon je verkopen.

Middeleeuwse economielessen, maar vandaag interpreteert iedereen dat gezegde verkeerd.

Die cafés en restaurants, dat is ook niet zo uitzonderlijk.
Mensen die naar de markt trokken waren soms al een paar uren onderweg.
Twee, drie uren stappen was geen zeldzaamheid.




Tel daar nog een paar uren aankopen bij en je vergaat van honger en dorst. Vandaar.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten