STEDELIJKE VERDICHTING XXVIII - OPRUKKEND GEWELD ?

Er zijn zo van die plaatsen waar constructies als opgehitste buffels aan de rand van vredig weidelandschap met vier paarden die op de uitkijk staan en één dat de luiaard uithangt.

Ruimtelijke ordening is er om grenzen te trekken, maar die grenzen zijn niet voor eeuwig. Als we vinden dat het maatschappelijk, economisch en sociaal verantwoord is, zijn we bereid om onze grenzen te verleggen.

Tewerkstelling is altijd een doorslaggevende reden.
Ik aanvaard dat.

Allen vraag ik mij af: wat gaan we doen met deze constructies als ze nutteloos en opgebruikt zullen zijn ? Gaan we ze dan bewaren ? Als industrieel erfgoed ?

Of voorzien we nu al een budgetje om ze dan af te breken ?

Geen opmerkingen:

Een reactie posten